Repareer de sportvergoeding zodat mensen met een beperking niet langer aan de zijlijn staan

In de loop van de jaren zijn er vele miljoenen euro’s uitgegeven om mensen aan het bewegen te krijgen. Dat is meer dan uitstekend: over het belang van sport en bewegen kan geen enkel misverstand ­bestaan. Een gezonde levensstijl gaat niet zonder bewegen. De staat van de volksgezondheid zou een stuk belabberder zijn als we met z’n allen niet met regelmaat onze hardloopschoenen aantrokken of op de racefiets stapten. En omdat veel van dat sporten en bewegen in club- of groepsverband gebeurt, draagt het ook nog eens bij aan de sociale cohesie.

Het is daarom niet uit te leggen dat het een grote groep Nederlanders zo moeilijk wordt gemaakt om te sporten. Deze krant schreef er maandag over: tienduizenden mensen met een fysieke beperking doen niet aan sport omdat ze de (vaak kostbare) hulpmiddelen die ze nodig hebben om überhaupt te kunnen sporten niet vergoed krijgen. Bij de pogingen die ze doen om die vergoeding toch te kunnen krijgen, worden ze van het kastje naar de muur gestuurd. Zowel gemeenten als zorgverzekeraars gaan op zeer verschillende manieren met vergoedingen om: de ene gemeente keert wel uit, terwijl de andere hardnekkig blijft weigeren.

Sportprotheses, zoals deze blades die bij het hardlopen worden gebruikt, vallen wel onder de zorgverzekeringswet. In de praktijk vergoeden verzekeraars die echter niet. Beeld ANP

Gemeenten verwijzen naar de zorgverzekeraar
Het Kenniscentrum Sport & Bewegen deed onderzoek en stuitte daarbij bijvoorbeeld op een rolstoelbasketbalteam met spelers uit diverse gemeenten: de ene speler kreeg de rolstoel volledig vergoed, terwijl anderen hun rolstoel zelf moesten bekostigen. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor uitvoering van de Wet maatschappelijk ondersteuning (Wmo). De ene ­gemeente vindt dat sporthulpmiddelen niet onder de Wmo vallen, de andere meent van wel, maar die vindt de vergoeding weer te hoog. Of gemeenten verwijzen naar de zorgverzekeraar.

Maar ook de verzekeraars trekken niet één lijn. ­Protheses worden alleen vergoed als ze voor algemeen dagelijks gebruik bedoeld zijn. Sporthulpmiddelen dus niet. Maar sportprotheses, zoals de hardloopblades, weer wél. Althans, in theorie, want in de praktijk betalen ze nooit uit. En de ene gemeente vergoedt zo’n ­blade wél en de ander niet. Kortom: het is volstrekt onoverzichtelijk.

Dat gemeenten bij de uitvoering van de Wmo voortdurend te maken hebben met lastige afwegingen en wachtlijsten: alle begrip. Maar dit moet toch zijn op te lossen? Het is goed nieuws dat het ministerie van VWS broedt op plannen voor een landelijk loket waar mensen met fysieke beperkingen terecht kunnen voor vragen en vergoedingen. Laat het ministerie daarin doorpakken, met steun van gemeenten en zorgverzekeraars, zodat deze grote groep die zo graag wil sporten niet langer aan de zijlijn staat.

NieuwsberichtenGoed actiepunt in het kader van de week van de toegankelijkheid dit jaar